Kantoor - Algemeen

Werkplekafmeting

Hoe groot moet een (flexibele) werkplek minimaal zijn?

In de arbo wetgeving wordt voorgeschreven dat de afmetingen van een werkplek zodanig moeten zijn, dat een werknemer ‘zonder gevaar voor de veiligheid, gezondheid of het welzijn’ kan werken. Daarnaast moet hij over voldoende bewegingsvrijheid kunnen beschikken. Alleen wanneer de aard van de arbeid met zich meebrengt dat een werknemer in zijn bewegingsvrijheid wordt beperkt, maakt het wetgeving een uitzondering.  

Met de opkomst van Het Nieuwe Werken (werken waar je wilt en wanneer je wilt) neemt ook het aantal zogenaamde ‘flexibele werkplekken’ toe. De NEN-norm 1824 stelt regels wat betreft werkplekken. Vroeger was het uitgangspunt een (vaste) werkplek van 8 m2. In de nieuwe norm is de grootte van de werkplek een optelsom van verschillende factoren.

De belangrijkste normen voor de inrichting van een werkplek op kantoor zijn:

  • minimaal vier vierkante meter per werknemer;
  • één vierkante meter voor een plat beeldscherm;
  • twee vierkante meter voor een ander type beeldscherm;
  • minimaal één vierkante meter voor lees- en schrijfwerk;
  • minimaal één vierkante meter voor het uitleggen van tekeningen;
  • één vierkante meter voor een vrijstaande of verrijdbare ladekast;
  • voor een vergaderruimte geldt minimaal twee vierkante meter per persoon.

Kantoor tips!

Snelle toegang tot

Wil je ook onze Arbo Info ontvangen

Contactgegevens